Onzekerheid in de agrarische sector
Deze week geplaatst in Verbinding, het kwartaalblad van CMGV-agrarisch en CCA.
Onze B&B gasten kunnen de Kalverstraat niet miskijken. Op weg naar de accommodatie kom je er langs. Het is ons eigen straatje op de boerderij, mooi aangekleed met hoogstam perenbomen, inclusief straatnaambordje. De landelijke variant van de straatgenoot in Amsterdam. Vijf iglo’s op een rij met onze jongste kalfjes. Toen we dertien jaar geleden met de B&B begonnen, was dit een boerderij-lokkertje: “Wat een schattige kalfjes, mag ik ze aaien?”. Inmiddels is de vraag veranderd: “Ahh, wat zielig, hoort het kalfje niet bij de moeder?” Terwijl de kalfjes glimmen van gezondheid en het zichtbaar goed hebben, hebben wij het idee dat we ons moeten verdedigen. We proeven bij diverse gasten veroordeling en onbegrip. Doen we het fout? Zitten we fout?
‘Smorgens zien de gasten de koeien in optocht voorbij hun raam trekken, op weg naar vers gras. De koeien lopen van eind maart tot half november dag en nacht buiten. “Kijk, daar liggen mijn melkfabriekjes,” zegt Jan, wanneer de koeien met een volle maag, uitgestrooid over de grazige weiden liggen te herkauwen. En soms doemt de vraag aan de horizon op: “hoe lang nog?” Komt er nu een vergunningsplicht om de koeien te mogen laten grazen of komt er een weide-subsidie zodat er meer koeien het landschap kleuren. Een verwarrende boodschap, waar doen we goed aan? Wat ís goed?
Twee voorbeelden van onzekerheid
Interne onzekerheid; Je denkt dat je verantwoord bezig bent, maar de publieke opinie zegt iets anders. Hierdoor ga je twijfelen aan jezelf en aan je stijl van boeren. Daarnaast is er de externe onzekerheid door beleid en nieuwsberichten die elkaar tegenspreken, waardoor de boer niet weet waar hij aan toe is en naar toe kan werken. Deze onzekerheid rooft de vreugde en vervangt dit veelal door angst. Een dubbele interne en externe onzekerheid, op dit moment voelbaar in onze sector, versterkt dit.
Saul en David (vanaf 1 Samuel 18) helpen mij als voorbeeld bij onzekerheid. Saul voelde zich een slechte koning en was heel bang dat hij zijn koningschap kwijt zou raken. Angst beheerste zijn leven tot zijn dood en dreef hem tot zijn kat en muis-spel met David. Zijn vreugde was vervangen door angst. David daarentegen had ook een onzeker leven, want hij moest steeds op de vlucht om zijn hagje te redden. In zo’n moment is psalm 18 ontstaan:
De HEERE is mijn rots en mijn burcht en mijn Bevrijder,
mijn God, mijn rots, tot Wie ik de toevlucht neem,
mijn schild en de hoorn van mijn heil, mijn veilige vesting.
Onzekerheid is alleen te overwinnen door een Zekerheid die er bovenuit gaat. Bedankt David!
Hermineke Vonk